Terug naar het overzicht

Vanaf 1 januari 2026: EPC NR verplicht voor alle grote niet-residentiële gebouwen

woensdag 8 oktober 2025

Publicaties

De Vlaamse overheid wil dat alle niet-residentiële gebouwen koolstofneutraal zijn tegen 2050. Dat betekent dat al het energiegebruik van deze gebouwen gedekt is door hernieuwbare energie of restwarmte. In de verduurzaming van dit gebouwenbestand heb je als vastgoedprofessional een voorname rol. 

Niet-residentiële gebouwen zijn onder andere scholen, ziekenhuizen en sportinfrastructuur, maar ook kantoorgebouwen. Ook jouw kantoor kan dus onder deze regelgeving vallen, afhankelijk van de grootte. Industrie- en landbouwgebouwen zijn uitgesloten van de EPC NR-verplichting. Voor kleine niet-residentiële gebouwen, zoals een bakkerij, tandartsenpraktijk of een kleine horecazaak, kan de eigenaar kiezen: de opmaak van een EPC voor niet-residentieel gebouw (EPC NR) of een EPC voor een klein niet-residentieel gebouw (EPC kNR).

 

EPC NR: Wat verandert er?

Sinds 2023 is het EPC NR al verplicht bij verkoop (en andere notariële overdrachten) en verhuur van grote niet-residentiële gebouwen.

Sinds 1 januari 2025 moeten grote niet-residentiële gebouwen, met een samengetelde vloeroppervlakte van de verschillende verdiepingen groter dan 1000 m² al over een EPC NR beschikken, ongeacht of er een overdracht of verhuur plaatsvindt.

 

Vanaf 1 januari 2026 breidt deze verplichting uit naar alle grote niet-residentiële gebouwen. Dit betekent dat ook kleinere gebouwen en commerciële panden, die deel uitmaken van een groot niet-residentieel geheel, onder deze regelgeving vallen.

 

Wat houdt het EPC NR in?

Het EPC NR wordt opgemaakt door een energiedeskundige type D en is vijf jaar geldig. Het omvat een  energielabel van A (koolstofneutraal) tot G (geen hernieuwbare energie of restwarmte), een energiescore en aanbevelingen om het gebouw energiezuiniger te maken.

Het energielabel op het EPC NR is gebaseerd op het werkelijke energiegebruik. Dit in tegenstelling tot het EPC voor residentiële gebouwen. Daarom moeten meterstanden en gegevens van zowel energiegebruik als hernieuwbare energieproductie geregistreerd worden. Bij gebrek aan meetgegevens krijgt het gebouw het label ‘X’.

 

Kleine niet-residentiële eenheid

Een kleine niet-residentiële eenheid is een gebouweenheid:

  • waarvan de hoofdbestemming niet-residentieel is;
  • met een bruikbare vloeroppervlakte van maximaal 500 m²;
  • Het maakt geen deel uit van een groot niet-residentieel geheel. Het aangesloten geheel van niet-residentiële gebouweenheden heeft een totale bruikbare vloeroppervlakte ≤ 1000 m² én bevat geen enkele niet-residentiële eenheid > 500 m².

 

Grote niet-residentiële eenheid

Dit zijn alle niet-residentiële eenheden die niet aan de definitie van een kleine niet-residentiële eenheid voldoen. Ook een eenheid kleiner dan 500 m² kan een 'grote' niet-residentiële eenheid zijn. Denk bijvoorbeeld aan een kleinere winkel in een groot winkelcomplex.

EPC-wegwijzer

In geval het niet duidelijk zou zijn of en welk EPC je moet laten opmaken, ontwikkelde het VEKA een handige EPC-wegwijzer. Meer info kan je op deze pagina vinden. 

 

Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA).