Dit nieuws is 8 jaar oud en is mogelijk niet meer actueel. Consulteer het nieuwsoverzicht voor up-to-date nieuws.
Opvallende tuchtdossiers in 2015: een bloemlezing (deel 3)
woensdag 25 november 2015
Ook deze week krijg je een deel uit de bloemlezing van opvallendste tuchtdossiers die de Nederlandstalige Uitvoerende Kamer (UK) in 2015 behandelde. In dit derde deel komt de geschreven overeenkomst aan bod.
“Kennissen”
Situatie: De makelaar erkent verschillende panden te verkopen zonder te beschikken over een geschreven overeenkomst. Dit heeft te maken met het feit dat de opdrachtgevers kennissen zijn, die hun pand zelf verkopen maar aan aangeklaagde als opstartende makelaar ook een kans willen geven.
Uitspraak: Berisping + 10 uren vorming in verband met vastgoedcontracten
“Vrienden”
Situatie: Aangeklaagde bemiddelde zonder een geschreven opdracht. Zij verdedigt zich door te stellen dat de opdrachtgevers vrienden zijn en dat de vriendschapsrelatie een morele onmogelijkheid creëerde om een contract te eisen.
Beoordeling: Deze toelichting kan door de Uitvoerende Kamer niet aanvaard worden, evenwel kan rekening gehouden worden met de feitelijke situatie.
Uitspraak: opschorting van de uitspraak van de tuchtsanctie gedurende 3 jaren
“Commerciële vennootschap”
Situatie: In casu stelt de makelaar dat de opdrachtgever een commerciële vennootschap betrof en dat er wettelijk gezien geen schriftelijk opdracht vereist is.
Beoordeling: De Uitvoerende Kamer kan deze redenering volgen, maar meent dat er deontologisch gezien wel een geschreven voorstel tot overeenkomst had dienen voorgelegd te worden.
Uitspraak: De vastgoedmakelaar kreeg 10 uren vorming opgelegd in verband met de vastgoedmakelaarsopdrachten en/of de deontologie
“Beperkte opdracht”
Situatie: Aangeklaagde bemiddelde zonder te beschikken over een geschreven opdracht tot verhuring. Zijn opdracht was beperkt tot het zoeken van een huurder en het opstellen van de huurovereenkomst.
Beoordeling: Gezien de pecuniaire (geldelijke) gevolgen van de zaak volledig door de makelaar werden geregeld, meende de Uitvoerende Kamer dat een beperkte sanctie kon volstaan.
Uitspraak: Berisping