Dit nieuws is 11 jaar oud en is mogelijk niet meer actueel. Consulteer het nieuwsoverzicht voor up-to-date nieuws.

Terug naar het overzicht

Vlaamse vastgoedmakelaars willen huurgarantiefonds alle kansen geven, maar plaatsen vraagtekens bij “praktische uitvoerbaarheid”

vrijdag 21 december 2012

chiffres AI 2023

De Vlaamse vastgoedmakelaars (BIV en CIB) willen de oprichting van een huurgarantiefonds, dat vandaag principieel werd goedgekeurd door de Vlaamse regering, alle kansen geven. Niet in het minst omdat zo tegemoet gekomen wordt aan de verzuchtingen op de private huurmarkt. De sector vreest echter dat het fonds, zoals het er vandaag uitziet, op een aantal punten niet voldoende met de realiteit strookt en suggereert daarom een snelle bijsturing, zodat de praktische uitvoerbaarheid niet in het gedrang komt.  

De Vlaamse vastgoedmakelaars wezen de overheid de jongste jaren meermaals op de toenemende krapte op de huurmarkt, als gevolg van een stijgende vraag en een dalend aanbod. De oprichting  van een huurgarantiefonds kan op zijn minst ten dele een antwoord bieden op deze cruciale uitdaging. Zo kan het rechtszekerheid bieden voor de huurinkomsten van de verhuurder, een oplossing bieden voor de problematiek van wanbetaling en uithuiszetting, en een aanzet zijn om tot een betere algemene ondersteuning te komen voor de verhuurder binnen de private huurmarkt.

Om de slaagkansen te maximaliseren meent CIB Vlaanderen - de grootste beroepsorganisatie van vastgoedmakelaars - gesteund door het tuchtorgaan van de sector, het BIV, echter dat er nog gesleuteld moet worden aan het fonds zoals het er vandaag uitziet. Zo lijken verhuurders bij het huidige concept verplicht te zullen worden om sneller de juridische weg te bewandelen. Daarmee wordt de mogelijkheid om tot een onderling vergelijk te komen - iets dat vandaag nog frequent voorkomt - herleid tot een minimum, wat vervolgens zou kunnen wegen op de werking van de vredegerechten. Bovendien moet vermeden worden dat het fonds een nieuwe, zware administratieve last op de schouders van particulieren en vastgoedprofessionals legt, terwijl de potentiële baten voorlopig beperkt uitvallen.

Concreet worden er zo praktische vraagtekens geplaatst bij het feit dat verhuurders slechts éénmaal per contract van het fonds gebruik kunnen maken. Zelfs wanneer het om contracten gaat die langer dan 9 jaar lopen. Bovendien rijzen er ook mogelijke praktische bezwaren tegen de strikte voorwaarden die worden opgelegd bij een tijdige ingebrekestelling. Zo moet de verhuurder bij de derde maand betalingsachterstand al na tien dagen de juridische procedure opgestart hebben. Indien hieraan niet voldaan is, verliest de verhuurder zijn recht op tussenkomst van het fonds. De sector wijst erop dat deze voorwaarden in de praktijk bijzonder strikt zijn, zeker als er zich voorheen nooit betalingsproblemen stelden.

De Vlaamse vastgoedmakelaars willen het project alle kansen geven om te groeien, maar vragen om snel te evalueren en in overleg met de sector bij te sturen indien nodig.